GLTB

Spelregels per kleur
Bij de tennisjeugd wordt er een indeling gemaakt, grofweg op leeftijd.

Rood:

Bij rood wordt er op een verkleind veld gespeeld en met een lichte, rode bal.
Je speelt een wedstrijd tot de 7 punten. De speler die het eerst 7 punten haalt wint de wedstrijd (7-6 is einde partij).
Serveren gaat om de beurt en mag bovenhands en onderhands van achter de lijn van het servicevak. De servicebal moet in het andere servicevak landen. Als de eerste poging fout gaat, mag je het nog een keer proberen.

Oranje:

Bij oranje wordt er op een verkleind veld gespeeld met de oranje bal.
Er wordt op tijd gespeeld. Afhankelijk van de hoeveelheid banen is dit 15-20 minuten.
De puntentelling is gelijk aan de ‘normale’ telling (15-30-40-game), maar bij 40-40 speel je een beslissend punt, dus geen deuce.
Bij een beslissend punt bepaalt de ontvanger welke kant de serveerder moet spelen.
Als de tijd voorbij is, stop je met spelen. Bij gelijke stand in sets en in de game (bv. 3-3 en 15-15), dan speel je nog 1 punt (beslissend punt).
Serveren doe je om de game. Mocht bovenhands serveren niet lukken, dan mag het ook onderhands.
Bij een oneven game stand wissel je van speelhelft.

Groen:

Bij groen speel je op het hele veld met de groene bal.
In groen speel je 2 sets, om 4 gewonnen games, met een verschil van 2 games.
Een game win je door 4 punten te winnen. De puntentelling gaat als volgt: 15 - 30 - 40 - game. Bij de stand 40 - 40 geldt het Beslissend Punt Systeem: het winnende punt levert de game op. De ontvanger bepaalt vanaf welke kant de serveerder het punt moet spelen.
Je serveert om de game. Serveren mag ook onderhands, maar de bal mag niet eerst stuiteren. Je hebt 2 service pogingen.
Bij 4-4 in games, speel je een tiebreak tot 7 punten (met een verschil van 2 punten).
De speler die aan de beurt is om te serveren, serveert vanaf rechts voor het eerste punt.
De tegenpartij serveert daarna vanaf links voor het tweede punt en vervolgens vanaf rechts voor het derde punt.
Iedere speler serveert daarna steeds voor twee punten. Eerst vanaf links en daarna vanaf rechts.
Na iedere 6 punten wissel je van kant.
Bij 1-1 in sets, speel je een beslissende tiebreak tot 7 punten, met een verschil van 2 punten.

Junioren:

Bij de junioren (geel) worden soms met andere regels gespeeld dan hieronder vermeld staat. Vaak gaat dit om 4 of 6 gewonnen games, het spelen van deuce of winnend punt, supertiebreak (t/m 10 punten) ipv. 7 en/of het doorspelen na een net service (‘No let rule’).
Let bij de junioren daarom goed op de regels voor wedstrijden of competities.
De ‘normale’ competitie regels staan hieronder.

Geel, junioren 11 t/m 14:

Geel, junioren 13 t/m 17:

Je speelt 2 sets om 6 gewonnen games met een verschil van 2 games.
Een game win je door 6 punten te winnen. De puntentelling gaat als volgt: 15 - 30 - 40 - game. Er is een verschil van twee nodig om de game te winnen.
Als het 40-40 wordt, worden er nog minimaal 2 punten gespeeld (deuce). De winnaar van het eerste punt komt op voordeel. Als deze speler ook het daarop volgende punt wint, is de game beëindigd. Als de andere speler het tweede punt wint, wordt het opnieuw 40-40. Er wordt net zo lang doorgespeeld tot één van beide spelers twee punten achter elkaar wint.
Bij 6-6 speel je een tiebreak tot 7 punten, met een verschil van 2 punten.
Bij 1-1 in sets speel je een tiebreak tot 10 punten, met een verschil van 2 punten.

Informatie over de competitie voor rood t/m groen:

Informatie over de junioren competitie (geel):

Algemene informatie over tennis (t/m 12 jaar) voor ouders: